niderlandzko » niemiecki

Tłumaczenia dla hasła „stroom“ w niderlandzko » niemiecki słowniku (Przełącz na niemiecko » niderlandzki)

stroom <stromen> [strom] RZ. r.m.

1. stroom (zich voortbewegende massa vloeistof):

stroom
Strom r.m.
stroom
Flut r.ż. form.
een stroom bloed/lava
tegen de stroom oproeien przen.

2. stroom (grote menigte, hoeveelheid):

stroom
Strom r.m.
stroom
Flut r.ż.
stroom
Schwall r.m.
stroom econ.
Schwemme r.ż.
een stroom van protesten
de stroom volgen [o. met de stroom meegaan ] (met mensen meelopen)
de stroom volgen [o. met de stroom meegaan ] (zich aanpassen)
een stroom van woorden

3. stroom elek.:

stroom
Strom r.m.
er staat stroom op die draad

4. stroom (rivier):

stroom
Strom r.m.
stroom
Fluss r.m.

Interfejs: Deutsch | English | Español | Italiano | Polski